Laurent, de vrijmoedige vastgoedmagnaat

Door Theo Francken op 28 november 2013, over deze onderwerpen: Monarchie

De inkt van de wetsvoorstellen omtrent de dotaties is amper droog en voor de tweede keer is er al een incident. Eerst vroeg koning-op-rust Albert extra geld voor de benzine van zijn plezierjacht op de Middellandse zee, en nu komt naar boven dat Prins Laurent er allerlei nevenactiviteiten op nahoudt. N-VA-Kamerlid Theo Francken herhaalt zijn kritiek dat de nieuwe dotatiewet veel te onduidelijk is en eist een cumulatieverbod op het ontvangen van een dotatie en het uitoefenen van handelsactiviteiten. Dit naar analogie met de bestaande regeling voor magistraten.

Het vastgoedbedrijf Renewable Energy Construct Arlon 67 in de sjieke Brusselse Aarlenstraat, waarvan hij zijn vrouw Claire in augustus aan het hoofd zette, zit in slechte papieren. Virtueel failliet gaan in een van de duurste buurten van Brussel getuigt niet bepaald van veel zakelijk inzicht. Het prinselijke paar zou te hoge huurgelden vragen volgens de huurders. Burggraaf Davignon wordt er in allerijl bijgeroepen om de meubelen te redden. En dat zal nodig zijn, want op het vlak van geldzaken is de realiteitszin van onze royals wel vaker zoek. Nog pijnlijker is het feit dat de Gewestelijke Investeringsmaatschappij Brussel mee participeert in deze vennootschap. En dit voor 188.500 euro kapitaal en 431.500 euro lening. Op de GIMB-webstek lezen we hierover: ‘De vennootschap is een actieve promotor van het milieu en stelt hiervoor aan Europese beroepsverenigingen voor duurzame ontwikkeling een voorbeeldgebouw ter beschikking.’ Waar dit voorbeeldgebouw dan te vinden zou moeten zijn, blijft een raadsel. Brussel heeft dus een aardige duit veil voor Laurents vastgoedfratsen. Met dergelijke misinvesteringen valt het te begrijpen dat Brussel steevast om extra Vlaams geld komt bedelen.

De regering kan niet zeggen dat ik haar hiervoor niet verwittigde. Tijdens de parlementaire bespreking van de Koninklijke dotatiewet stelde ik meerdere vragen over de vastgoedactiviteiten van onze Tervuurse prins. Volgens artikel 6 van deze dotatiewet is het ontvangen van de dotatie niet verenigbaar met een belastbaar inkomen uit een “beroepswerkzaamheid”. Dat lijkt een stap in de goede richting maar is  zoals vele artikels van de nieuwe wet veel te vaag. 

Wat is immers een “beroepswerkzaamheid”? Dat begrip kan men zeer beperkend interpreteren. We weten bovendien hoe creatief de koninklijke familie kan zijn als het op geld aankomt. Door de huidige onduidelijkheid van de wet is het voor een dotatiegerechtigde als Laurent nog mogelijk om handelsactiviteiten te ontwikkelen.

Het kan toch niet dat Laurent een dotatie krijgt wanneer hij dividenden krijgt uitgekeerd uit vennootschappen? Als Laurent zich geroepen voelt om de Brusselse vastgoedkoning te worden, mij niet gelaten. Maar dan moet de regering zijn dotatie van 312.000 euro per jaar intrekken. Het is kiezen of delen.

Uiteraard zal prins Laurent daar nooit zelf voor kiezen. Hij is misschien niet de beste zakenman, maar ook niet dom. We moeten de wet verder verstrengen. Via een nieuw wetsvoorstel wil ik een cumulatieverbod op het ontvangen van een dotatie en het drijven van handel, het optreden als zaakwaarnemer of het deelnemen aan de leiding of het beheer van handelsvennootschappen. Ik vind hiermee het warme water niet uit. Mijn voorstel is immers gebaseerd op de huidige regeling voor magistraten.

Hoe waardevol vond je dit artikel?

Geef hier je persoonlijke score in
De gemiddelde score is