U heeft nog geen toestemming gegeven om noodzakelijke cookies te plaatsen. Accepteer de nodige cookies om deze content te zien.
“We speak loud, but we don’t carry a big stick”
De voorbije maanden waren niet makkelijk, erkent Francken. “Het is een beetje een trans-Atlantische huwelijkscrisis geweest. En het heeft toch veel diplomatieke inspanningen gevraagd om op deze akkoorden te landen.”
Dat de verzoening gepaard ging met opvallend veel lof voor Trump, wuift hij niet weg. “Ja, maar dat hoort er nu eenmaal bij. De dag dat we sterk genoeg op onszelf staan, hoeft dat allemaal niet. We speak loud, but we don’t carry a big stick. Wij hebben een kleine stok. De VS een sterke.”
Decennialang te weinig geïnvesteerd
Volgens Francken heeft Europa de situatie deels aan zichzelf te danken. “Wij hebben gedurende 30 à 40 jaar te weinig en te slecht geïnvesteerd in onze defensie en krijgsmacht.”
Zijn conclusie is hard: “Europa heeft veel soft power: diplomatie, handel. Maar we leven momenteel in een tijd van hard power, omdat de wereld razendsnel verandert en er veel vijanden zeer agressief zijn. Dan heb je de States nodig.”
Van twee naar vijf procent
De NAVO vraagt dat elk land tegen 2035 vijf procent van zijn bbp uitgeeft aan veiligheid en defensie. Dat is een serieuze sprong, zeker voor een land met een bloedrode begroting. “Deze regering is nog maar enkele maanden bezig”, zegt Francken. “Maar we halen dit jaar eindelijk twee procent, na tien jaar stilstand. Dat budget, die 3,7 miljard, kunnen we besteden aan extra munitie én steun aan Oekraïne, met veel return voor onze eigen bedrijven.”
Daarna moet het stap voor stap, aldus Francken: “Eerst die twee procent – dat budget wordt morgen gestemd in de Kamer. Dan de strategische visie: ‘Wat gaan we met dat geld doen?’. Die is nu ook goedgekeurd. En dan komt de volgende stap: de structurele begroting voor de komende jaren.”
“We zitten eigenlijk al aan 3,5 procent”
Francken ergert zich aan de cijfers die circuleren. “Men zegt dat we op twee procent zitten. Maar dat klopt eigenlijk niet. Naast de militaire uitgaven van twee procent spenderen we al 1,5 procent aan algemene veiligheid. Tel dat erbij, en je zit op 3,5 procent.”
Tegen 2034 stijgt het militaire aandeel sowieso naar 2,5 procent. “Dan zitten we dus op vier procent. Nog één procent te gaan. Bovendien volgt in 2029 een evaluatie: is die vijf procent dan nog nodig, of niet?”
“We hebben goed onderhandeld”, weet Francken. “Die vijf procent moest oorspronkelijk in zeven jaar. Wij hebben er tien van gemaakt, met een pauzemoment in 2029. En zonder verplichting om elk jaar exact met 0,2 procent te stijgen.”
Dienstplicht staat niet in regeerakkoord
Wapens kopen is één ding. Militairen vinden, een ander. “Volgend jaar werven we 5.000 mensen aan, zowel burgers, militairen als reservisten.”
Van een verplichte dienstplicht is geen sprake. “We starten met een vrijwillig dienstjaar. In november krijgen 113.000 jongeren van 17 een brief. Ze worden uitgenodigd om langs te komen bij Defensie. Zo willen we elk jaar 1.000 jongeren overtuigen.”
“Op dit moment is Defensie héél populair”, besluit Francken. “Er zijn meer kandidaten dan vacatures. Dat is natuurlijk positief, maar het vereist dat we kunnen volgen met instructeurs, medische testen enzovoort.”